Triode Dick's Page
Bill
...Een
nieuwe KT88 push pull versterker...
deel 4
update: 5-12-2004
Passieve componenten…
Meestal zie je een gemeenschappelijke
voeding in stereoversterkers. Beide kanalen worden parallel aan de centrale
voedinglijn gehangen. Ik zeg niet dat het geen goede manier van bouwen is,
maar ik zie zelf meer in een dubbele opzet om helemaal af te zijn van wat
voor beïnvloeding van het ene op het andere kanaal dan ook. Kan dat
ook met een enkele voedingtrafo? Jazeker, beide kanten krijgen hun eigen
gelijkrichting en verdere verwerking. Metingen op kanaalscheiding heeft
geen zin meer met mijn meetapparatuur. De scheiding tussen de kanalen ligt
verder weg dan de -80 dB die ik nog kan meten. Het
andere voordeel, en misschien nog wel belangrijker, is dat een klap op een
pauk in het rechterkanaal de voeding op links totaal koud laat. Daarom wil
ik ook met een enkele voedingtrafo, een totale scheiding van tafel en bed
van de bewoners, het linker en rechter kanaal, in dit huis. Met twee extra
diodes is een perfecte scheiding der geesten te maken. Ik gebruik daar snelle
BYW96 Philips diodes, met een mooie softe recovery, die weinig spikes op
de voedinglijn achterlaten, iets wat niet van gewone diodes kan worden gezegd.
Vet cool....
Toen
ik zag dat JJ met 500uF elco’s kwam wist ik direct dat deze stevige
versterker dé plek zou zijn om ze in te zetten. JJ maakt elco’s
die duidelijk op de audiofiel mikken, met hun schone smeuïge zijde-achtige
karakter. Ik gebruik ze graag en met regelmaat. Wie denkt dat elco’s
nog steeds slechte smerige brutaal klinkende dingen zijn, moet vooral deze
JJ’s eens proeven. Na de peperdure Black Gate is de JJ mijn favoriete
elektrolytische condensator (elco), en ze zijn bovendien sympathiek geprijsd.
Duncan’s simulatie
liet zien dat er met de gebruikte reeks capaciteiten een enorm stabiele
voeding te maken is, die uitblinkt in pulsgedrag. Heel belangrijk bij een
klasse AB versterker. De voeding wordt dynamisch belast bij pieken in de
muziek. Dan wil je geen foeilelijke ‘ringing’ op je voedinglijn
omdat deze te veel tijd nodig heeft om zich te herstellen. Deze stabiele
voeding is direct terug te vinden in de schone weergave. De voedinglijn
begint met twee in serie geschakelde condensatoren. Pas
op, hier zijn dus enkelvoudige types gebruikt, in tegenstelling tot verderop
in de voedinglijn, waar dubbelelco's worden toegepast, ofwel twee gescheiden
condensatoren in een enkele behuizing. De grote 500uF JJ elco is ook een
solitair type. De seriegeschakelde condensatoren zijn noodzakelijk om doorslag
van een 500 volt type condensator te voorkomen, en dan met name bij het
opstarten. De eerste relatief kleine capaciteit zorgt er voor dat er geen
heftige inschakelstroom gaat lopen. Ook de stand-by schakelaar draagt daar
aan bij, maar ik vind dat een versterker foolproof moet zijn, ook als die
stand-by schakelaar eens vergeten wordt. Er mag niet zomaar wat uit de bocht
vliegen omdat toevallig van het inschakelritueel wordt afgeweken. Zou wat
moois zijn…
Dan
komt er een hele vette choke in zicht. Deze is speciaal op een lage Ohmse
weerstand gewikkeld. 5 Henry geeft de gelegenheid op een dikkere dan normale
wikkeldraad en het is een ideale waarde in deze voedingsopzet. Na de choke
komt de al genoemde grote 500uF capaciteit. Samen met de choke zorgt deze
voor een erg schone voedinglijn die bovendien het nodige vlees en bloed
heeft als het gevraagd wordt. Daarachter wordt met verder RC ontkoppeling,
waar wel dubbel elco's van 50/50 uF/500 volt gebruikt worden, de fasedraaier
en voortrap op spanning gebracht en uiteraard ontkoppeld. Al met al is het
een stevige voeding die toch compact van opbouw is geworden. Dat lukt alleen
met elco's. Gelukkig zijn die vandaagdedag van prima kwaliteit. Het is nog
niet zó lang geleden dat ik met een grote boog om elektrolyten heenliep
als er een voeding voor een buizenbak gemaakt moest worden...
Weerstanden...
Er zitten
een paar weerstanden in de schakeling die niet onderschat moeten worden.
Voor je het weet stook je de boel te heet. De anode en kathodeweerstanden
in de fasedraaiertrap verstoken het meest. Ik
heb daar 3-watters gebruikt, hier en daar zelf parallel of in serie. Dat
houdt de warmte in de hand. Ik hou de vuistregel aan dat als er 1 watt continu
aan vermogen wordt gestookt in een weerstand, minimaal een 3 watt weerstand
gebruikt wordt. Meer mag uiteraard ook.
Op de foto zie je de 1-watt weerstanden naast de 3-watt types.
Het zijn carbon weerstanden die je wel meer in mijn projecten tegenkomt. Deze zijn klankmatig erg fraai, maar doordat ze gekocht worden in een winkel met non-audiofiele achtergrond, zijn ze heel betaalbaar. Probeer ze eens, zou ik zeggen, je bent voor en paar euro per versterker klaar... Ik weet het, dat geeft argwaan bij mensen die door de vaak onzinnige 'audiofiele' prijzen geconditioneerd zijn. Tis gewoon veel te goedkoop... kan dus niet goed zijn...
Omdat de eindbuizen met een nrs worden ingesteld, ontbreekt de dikke kathodeweerstand. Dat scheelt ook weer wat warmte ontwikkeling in de kast.
Condensatoren...
Wat je
ook gebruikt als koppel condensator, zorg er voor dat je niet alleen types
gebruikt met audiofiel verantwoorde, maar ook met onberispelijke elektrische
kwaliteiten. Lang
niet alle oude (olie) c's zijn honderd procent elektrisch lekvrij. De instelling
van de eindbuizen kan er door uit zijn lood raken of, erger, totaal aan
de haal gaan. In een eindtrap kan dat dodelijk zijn voor je versterker.
Een mooie foliecondensator is hier het best op zijn plaats. Ik mag zelf
graag Auricaps gebruiken. Een condensator die van zichzelf heel weinig toevoegt
of weglaat en in mijn oren één van de allermooiste is. Maar
wees vrij om je eigen favoriete c te gebruiken. Hovland, Wondercap, REL,
Mundorf... noem ze maar op. Ik mag zelf graag alles proberen wat los en
vast zit op dit gebied. Heel leerzaam, maar wel een stevige belasting voor
de hobbyknip...
Buishouders...
De
buishouders in deze versterker zijn gangbare types. Vijf maal octal 8-pins
en twee maal noval 9-pins.
Er was een tijd dat het moeilijk was om aan mooie nieuwe buishouders te
komen, maar dank zij de snelle come back van de buis, de laatste tien jaar,
worden deze onmisbare dingen weer volop geproduceerd.
Volumeregelaar en aanverwante zaken....
Bill leent
zich meer dan uitstekend om als geïntegreerde versterker te worden
gebouwd, dus met volumeregelaar en keuzeschakelaar plus een aantal ingangsbussen.
Er zijn meerdere mogelijkheden om het volume te regelen. Eerst
is daar de goedkope 'vijftien in een dozijn' logaritmische stereopot uit
de elektronicawinkel om de hoek. Mooi daar laten, is niks, wordt ook nooit
wat. Die dingen roepen alleen maar irritaties op.
Simpel en al veel beter gaat het met de bekende blauwe Alps regelaar. Jammer
dat ze die zwarte 'Black Beauty' Alps niet meer maken, die waren nog fijner.
Maar echt superdelux gaat het met een stappenschakelaar. Je kunt zelfs kiezen
in hoeveel stapjes. 12, 24 of nog meer. In mijn voorversterker gebruik ik
een 41-stapper, maar via Ebay kwam ik aan een paar nette 24-staps ladderschakelaars.
Opgebouwd met een groot aantal Dale weerstanden. Een nette schakelaar voor
goed 50 Dollar. 'Niet schlecht', zou ik zeggen, als ik pizzabakker zou zijn...
De
41-stapper serieregelaar die je hier ziet is naast zeer audioverantwoord
ook nog eens heerlijk comfortabel. Met de stelbout aan de achterkant is
de zwaarte van de klik in te stellen. Door het royaal aantal stapjes is
het volume reuze secuur in te stellen op ieder gewenst volume. Het enige
nadeel van dit mooi gemaakte ding? Wat denk je? Het prijskaartje is niet
mals.... Gekocht bij www.acoustic-dimension.com
Ik heb er eentje in mijn voorversterker, en wil 'm echt niet meer missen.
De vraag is: 'is Billy boy een kostbare volumeregelaar waard?', met andere woorden: 'Is deze versterker goed genoeg om de niet geringe extra investering te laten horen?'. Het antwoord op deze prangende vraag is volmondig: 'Ja'. Als je het er voor over hebt moet je het zeker niet laten.
Je kunt
in de Annastasia en Stan en Oliver projecten zien hoe de volumeregelaar
en keuzeschakelaar in de versterker zijn gemaakt. Het
mooiste is het om de ingangskeuze zo dicht bij de cinchbussen te monteren,
met een lange as naar achteren. De 6 mm assen kun je koppelen met asverbindingbussen.
Ik koop ze meestal bij Conrad,
maar ook de reguliere elektronicawinkel moet ze hebben. Het is de bronskleurige
bus met stelboutjes er in. Op de voorgrond zie je asdoorvoertjes. In een
geheel metalen kast kun je ze makkelijk vastschroeven, maar in een houten
behuizing lijm ik ze vast. Ga niet met een doorvoeras in het blote hout
liggen prutsen. Dat lubbert niet alleen alle kanten op, je belast de regelaars
ook nog eens mechanisch. Dat bevordert de levensduur niet echt.
Cinch, luidsprekerterminals en draad...
Het wordt een beetje saai,
maar ook gemakkelijk. Ik koop die dingen weer bij Conrad. Sinds
lange tijd zijn daar weer fatsoenlijke cinchdelen in het leverprogramma.
Hier zie je zowel duo luidsprekerterminals als de bekende instrumentklemmen. Beide prima spul.
Voor de interne bedrading moet je goed kwalitatief spul gebruiken. Bij mij is dat draad met PTFE, ook wel Teflon genoemd, isolatie. Dat spul is absoluut verouderingsvrij en het smelt niet als je er (per ongeluk) een soldeerbout tegenaan drukt. In de signaalweg komt puur zilver met een PTFE tube er om. Deze bekabeling is bij de trafoman te koop. Evenals de rubbertules die je op de opbouwpagina's kunt zien. Absoluut wel gebruiken.
Verder heb je nog wat schakelaars, een euronetdeel, mooi en handig is een type met een ingebouwde smeltveiligheid (in de volksmond 'glaszekering' genoemd). Allemaal gekocht bij....? Inderdaad.
Voor
een simpele voeding van een 12SN7 gebruik ik meestal een mooi voedingsprintje.
Ik heb ze door Doede Douma
laten maken, mijn goede buizenbuddy die in Duitsland woont er werkt. Als
je niet met een gaatjesprint kunt of wilt werken, is dit een mooie optie.
De componenten komen weer van...? Tadaaa!
Mochten er verder nog vragen over componenten zijn? Mail gewoon even...
Dan
gaan we de volgende keer verder met de opbouw, gevangen in veel foto's.....
Bill deel 1 | Beschrijving (inleiding) |
Bill deel 2 | Beschrijving |
Bill deel 3 | Beschrijving (vervolg) |
bill deel 4 | Beschrijving (vervolg) |
Bill deel 5 | Foto's van de bouw (deel 1) |
Bill deel 6 | Foto's van de bouw (deel 2) |
Bill deel 7 | Foto's van de bouw (deel 3) |
Bill deel 8 | Foto's van de bouw (deel 4) |
Bill deel 9 | Foto's van de bouw (deel 5) |
Bill deel 10 | Bill als geintegreerde versterker |
Schema 1 | Versterker schakeling |
Schema 2 | Voedingschakeling |
Metingen | Metingen aan de versterker |
Links: | Waar kocht ik de onderdelen voor Bill... |
www.ae-europe.nl | De maker van de trafoset en leverancier van buizen, behuizing, condensatoren etc. |
www.conrad.nl | Schakelaars, cinchdelen, netdelen enz |
Marco's buizenhoek | Voor betaalbare N.O.S USA 12SN7 buizen |
Duncan's amp pages | Mooie software voor buizenliefhebbers.. |
![]() |
Bill English (PDF file) |
Home | Terug naar de Triode Dick homepage... |